Mijn belangrijkste uitgangspunten bij het ontwerpen en het latere gieten en afwerken in brons:

  1. Ik ben erop gericht om gestileerde sculpturen te maken. Deze sculpturen zijn soms wel figuratief, maar ik werk bewust niet realistisch. Ik wil graag dat mijn uiteindelijke beeld zodanig is, dat de kijker er zijn eigen verhaal in kan leggen en uitgedaagd wordt om zijn fantasie te gebruiken.
  2. Ik hou ervan als mijn sculpturen een spontane en authentieke uitstraling hebben. Daarom werk ik snel, zelfs gedreven. Ik heb een zekere flow nodig. Dit weerhoudt mij ervan om teveel in mijn hoofd te gaan zitten en te perfectionistisch te worden.
  3. Ik wil graag details laten ontdekken (in structuren, vormen, symbolen, symbolisch toegepaste objecten) en de oorsprong van het gebruikte materiaal en de gebruikte gereedschappen speelt daarin ook een rol. Extra boeiend vind ik details die imperfect zijn, maar perfect in het totaal beeld passen. Die imperfecte delen kunnen dan in het gebruikte materiaal zitten of in de manier waarop het gemaakt is. ("Het zijn imperfecties die mensen en dingen authentiek maken. En daarin ligt de werkelijke schoonheid. Imperfectie maakt blij omdat het echt en zichzelf is.")
  4. Actief "Toeval" gebruiken is voor mij essentieel. Daarbij gebruik ik toeval vooral om de gegeven orde van het kunstwerk te doorbreken, toeval als een scheppende kracht. Zo ontstaat kunst toch plotseling, zonder dat je het verwacht door dingen los te laten en met een open houding te kijken waar je uitkomt. En natuurlijk vereist kunst maken kennis en (technische) vaardigheden. Maar de techniek staat voor mij niet voorop. Een goede onderzoeker/leerder, ook in de kunst, laat dingen aan het toeval over om daarvan te leren. Dus ik observeer wat er gebeurt als ik het toeval zijn gang laat gaan. Ik experimenteer, werk "onvoorzichtig", gebruik ongelukjes tijdens het proces, doe onverwachte dingen en ga opzoek naar verbluffende mislukkingen en fouten. Vervolgens kan ik daar in mijn werk gebruik van maken, het onder controle brengen en gericht inzetten. Voor mij werkt dit het beste om mezelf niet te remmen in mijn creativiteit. En tegelijkertijd hou ik van de schoonheid en de creatieve spanning van het imperfecte in kunst. (Rodin: "De ruïne van iets moois, is mooier dan het moois zelf.")
  5. Ik hou van combinaties om sculpturen spannender te maken: gladde en ruwe structuren, symetrie en chaos, geometrische en organische vormen, rond en spits, met een boodschap en met een komisch element (een knipoog).